Breytenbach notitie #13 (deel 1): "Zwervend door verbeelde streken / denk ik vaak aan jou, penseur sauvage in nomadenland"

“Mijn aandacht voor Breytenbach was zeker in het prille begin esthetisch gericht, vooral vanwege de lyrische en bloemrijke kwaliteiten van de gedichten die ik in Kouevuur (1967) en Die huis van die dowe (1969) aantrof.”