Aanslag Telegraaf-kantoor: Nederlandse journalisten steeds vaker bedreigd

  • 0

In de nacht van maandag op dinsdag is een aanslag gepleegd op het hoofdkantoor van dagblad De Telegraaf in Amsterdam. Een onbekende man ramde met een bestelwagen tot twee keer toe de glazen pui van het gebouw, stak het busje in brand en stapte vervolgens aan de passagierskant in een tweede auto, die er met grote snelheid vandoor ging. Het was de tweede aanslag op een Nederlandse redactie binnen een week. Vorige week donderdag werd het gebouw waarin onder meer de weekbladen Panorama en Nieuwe Revu gevestigd zijn, met een raketwerper beschoten. Politici spreken van een “aanval op de democratie”.

Foto's: YouTube

Volgens de Amsterdamse politie was de aanslag op het Telegraaf-kantoor een “gerichte actie”. Na de aanslag brak een fikse brand uit, met vlammen van wel 14 meter hoog. Hoewel de brandweer het vuur snel onder controle had, zijn er vele ruiten gesneuveld. De aanslag vond plaats om 4 uur ’s ochtends, toen er in het gebouw maar weinig mensen aanwezig waren. Persoonlijke ongelukken deden zich dan ook niet voor. Van de dader en zijn handlanger die de vluchtauto bestuurde, ontbreekt ieder spoor.

  • Bekijk hier beelden van de aanslag op het Telegraaf-kantoor.

Hoofdredacteur Paul Jansen liet in een reactie weten dat de medewerkers van De Telegraaf natuurlijk flink geschrokken zijn van wat er is gebeurd, maar dat iedereen vastbesloten is door te gaan. “We laten ons niet intimideren.” De aanslag is niet opgeëist. Jansen heeft dan ook geen idee uit welke hoek de aanslag komt of wat de daders ermee wilden zeggen.

Minister-president Mark Rutte noemde de aanslag “een klap in het gezicht van de vrije pers en de Nederlandse democratie”. De vrije media zijn “een pijler onder de democratie”, aldus de premier.

Ook andere politici benadrukten het belang van een vrije en onafhankelijke journalistiek. “Onze vrije pers is een groot goed”, verklaarde Tweede Kamervoorzitter Khadija Arib. “In dit land debatteren we met elkaar op basis van argumenten. Dat is de kern van onze democratie. Deze gerichte actie raakt niet alleen De Telegraaf, maar ons allemaal.”

Het is onduidelijk of er een verband bestaat tussen de aanslag op het Telegraaf-kantoor en die op het gebouw van Panorama en Nieuwe Revu vorige week. Voor deze laatste aanslag werd al snel een 41-jarige man uit Woerden aangehouden, die lid zou zijn van een verboden motorclub. Of dit laatste feit iets met de aanslag te maken heeft, is echter nog onduidelijk. Zowel de Telegraaf als Panorama publiceren regelmatig artikelen over georganiseerde misdaad in Nederland.

Volgens de Nederlandse Vereniging van Journalisten en het Genootschap van Hoofdredacteuren bewijzen de aanslagen dat de journalistiek in Nederland steeds meer onder druk staat. Uit onderzoek uit 2017 is gebleken dat 61 procent van de 638 ondervraagde journalisten wel eens te maken heeft gehad met bedreigingen – op straat of online. 22 procent zou maandelijks bedreigd worden, 7 procent wekelijks en 1 procent zelfs dagelijks. De afgelopen zes jaar is het aantal bedreigingen van journalisten gestegen. De situatie is inmiddels zo ernstig dat enkele journalisten dag en nacht beveiligd moeten worden.

Uit het onderzoek blijkt ook dat de bedreigingen gevolgen hebben voor de manier waarop journalisten hun werk doen. Vanwege de bedreigingen mijden ze bepaalde plaatsen en laten ze bepaalde onderwerpen liever rusten.

De gemeente Amsterdam heeft na de aanslagen besloten het cameratoezicht op de gebouwen waar de redacties van De Telegraaf, Panorama, Nieuwe Revu, AT5, Het Parool, de Volkskrant, Trouw en NRC gevestigd zijn, op te voeren.

Meer fundamenteel is echter dat er gestreefd wordt naar een maatschappelijk klimaat waarin het voor iedereen duidelijk is dat bedreigingen aan het adres van journalisten onaanvaardbaar zijn.

Buro: IG
  • 0
Verified by MonsterInsights
Top