...
Bij opgravingen voor de Betuwelijn bij het Zuid-Hollandse Hardinxveld-Giessendam zijn resten gevonden van de knobbelzwaan, naast de wilde zwaan en de kleine zwaan. Meer dan 7000 jaar geleden leefden deze dieren dus hier al; samen met de mensen uit het laatmesolithicum.
...
Ton Eggenhuizen: De knobbelzwaan (vogelserie)
Amsterdam/Antwerpen: Uitgeverij Atlas Contact
ISBN: 978 90 450 3725 7
Prijs: € 24,99
Foto: Hendrik-Jan de Wit
De statige knobbelzwaan is niet weg te denken uit het Nederlands landschap. De polders met weilanden en de slootjes waarin die statige witte vogel zwemt. De vleugels hoog opgezet boven het lijf. Zwemmend in rustige, krachtige slagen. Omgeven door jongen. De koeien in het weiland en een prachtige wolkenhemel boven de horizon.
...
De knobbelzwaan heeft ook iets statigs in zijn voorkomen. Hij spreekt tot de verbeelding. In onze cultuur wordt hij vaak afgebeeld en verwijst hij naar trouw.
...
Dat typisch Hollandse beeld van de zwaan is maar een deel van de werkelijkheid. Een groot deel van de knobbelzwanen verblijft in de stad. Op één of andere manier weten ze goed te overleven in de jungle van de mensenwereld.
Monografie
De stadsecoloog van gemeente Almere, Ton Eggenhuizen, heeft nu een monografie geschreven over dit bijzondere dier. Hij merkt meteen op dat weinig vogelaars enthousiast worden van een zwaan. Zij duiken liever op een zeldzame eendensoort als de Siberische taling of Siberische smient in plaats van een blik te werpen op de knobbelzwaan. Voor hen is het dier decor en niet het opmerken waard. Of zoals ik vorige maand merkte bij een bezoek aan de vogelkijkhut in de Almeerse Lepelaarplassen: ze keken hun ogen uit naar de krooneend.
De knobbelzwaan is volgens hen de gedomesticeerde vorm van de wilde zwaan. Volgens Ton Eggenhuizen is dat pertinent onjuist. Knobbelzwanen wonen al zeker duizenden jaren in Nederland. Bij opgravingen voor de Betuwelijn bij het Zuid-Hollandse Hardinxveld-Giessendam zijn resten gevonden van de knobbelzwaan, naast de wilde zwaan en de kleine zwaan. Meer dan 7000 jaar geleden leefden deze dieren dus hier al; samen met de mensen uit het laatmesolithicum. Dat is nog voor de bekende Swifterbandcultuur ontstond. De zwaan hoorde zeker 5000 jaar voor Christus al tot de Nederlandse avifauna.
Onderdeel Nederlands landschap
En Ton Eggenhuizen voert meer bewijzen aan dat de knobbelzwaan gewoon een wilde vogel is die bij het Nederlandse landschap hoort, net als de blauwe reiger, buizerd en de wilde eend. Wel hoorden knobbelzwanen vaak toe aan edelen, al sinds de Middeleeuwen. Vaak worden de dieren in die tijd ook gehouden.
Foto: Hendrik-Jan de Wit
Volgens de Almeerse stadsecoloog is de zwanendrift vooral de redding voor de knobbelzwanen geweest. Veel grote dieren die ooit in Nederland leefden, komen hier nu niet meer voor, vooral door de invloed van de mens. Hier leven bijvoorbeeld geen beren meer en de wolf is pas sinds kort weer teruggekomen na meer dan anderhalve eeuw afwezigheid.
...
We zien dus hoe de oude mythes nog altijd voortleven in onze hedendaagse verhalen. De zwaan is meer dan zomaar een vogel, maar het dier zorgt wel voor allerlei beeldvorming die niet klopt.
...
De knobbelzwaan heeft ook iets statigs in zijn voorkomen. Hij spreekt tot de verbeelding. In onze cultuur wordt hij vaak afgebeeld en verwijst hij naar trouw. De zwanenzang staat symbool voor de laatste grote kunstzinnige uiting voor het sterven. Het graf van een vrouw met kind, waar omheen de vleugels van een zwaan zijn gewikkeld, laat zien dat de zwaan een bijzonder en heilig dier is.
De zwaan, de mythe
Houden de vogelaars niet van de knobbelzwaan, het dier is bij anderen waanzinnig geliefd. Ton Eggenhuizen voert een aantal mensen op in zijn verhalen met een grote liefde voor de zwaan. Zo strijden twee vrouwen in Almere Buiten om hun ‘man’. Ze zijn de moderne Leda, naar de Griekse mythe. De niet te verleiden Leda kan de verschijning van Zeus als zwaan niet weerstaan. De vrouwen lokken de zwaan met brood en spreken over hun man. Ze spreken na een lange strijd af dat de zwaan hen beiden toebehoort. De ene vrouw krijgt de as van de zwaan na overlijden, de andere de trekring:
Het mooie was wel dat beide ‘weduwen’ samen bij de crematieplechtigheid aanwezig waren. Mevouw X stond nog steeds in contact met de zwaan, want ze wist te melden dat de zwaan het wel erg warm had. (113)
We zien dus hoe de oude mythes nog altijd voortleven in onze hedendaagse verhalen. De zwaan is meer dan zomaar een vogel, maar het dier zorgt wel voor allerlei beeldvorming die niet klopt. Zorgvuldig legt Ton Eggenhuizen dat uit aan de lezer. Hij pelt zorgvuldig de mythe van de zwanenzang af. Zwanen kunnen helemaal niet zingen, hoogstens een beetje sissen of zacht knorren.
De andere mythes dat ze je been kunnen breken, dat ze eeuwig trouw zijn aan elkaar en dat ze extreem honkvast zouden zijn, weet hij op dezelfde manier te ontrafelen. Bijna altijd zit er wel een kern van waarheid in, maar zo zwart-wit als de mythe het verwoordt, zit de zwaan niet elkaar.
Emoties onderdrukken
Het is een uitvoerig boek waarin Ton Eggenhuizen alle mogelijke facetten van de knobbelzwaan behandelt. Hij doet dit met humor, een lichte bravoure en veel overtuigingskracht. Boven alles spreekt zijn liefde voor deze vogel, bijvoorbeeld waar Eggenhuizen schrijft over de terugkeer van een zwaan uit de zwanenopvang. De vogel zit achterin de auto en ze naderen de plek van het nest.
Hoe dichterbij we bij thuis komen, hoe doller de zwaan het in de achterbak maakt. We parkeren de auto, halen de vogel uit de achterbak en lopen met de steeds luider roepende zwaan naar de oever van de vijver. Daar heeft het vrouwtje inmiddels gemerkt dat haar partner in aantocht is. Als we het paar weer verenigen is de begroeting hartverwarmend, met zelfs een heel baltsritueel als bekroning. Probeer dan als onderzoeker maar je eigen emoties eens te onderdrukken. (259)
Inderdaad, zie het dan maar eens droog te houden. Daar tegenover zet Ton Eggenhuizen de vermeende dierenliefde van veel mensen. Soms gaat de dierenliefde zover dat de medemens het moet ontgelden. ‘Dierenliefde brengt niet altijd het beste in ons naar boven.’
Dierenliefde
Sterker nog, de natuur is er niet bij gebaat als we via dieren naar bevrediging gaan zoeken. Zoals de man die met de groeiende hoeveelheid zwanen die op zijn brood afkwamen, steeds meer brood aan de dieren voerde. Het zorgde voor veel overlast waar weer veel mensen over klaagden.
Misschien niet geliefd onder vogelaars, maar als wild dier in de stad is de knobbelzwaan buitengewoon populair. Een groot deel van het onderzoek dat Ton Eggenhuizen naar de zwaan doet, dankt hij aan de inwoners van Almere. De Zwanenwerkgroep Flevoland krijgt veel meldingen als er iets gebeurt.
Veel betrokken inwoners weten dieren die iets oplopen of gewond raken, snel te redden. Als het mannetje gebeten is door een hond en in de vogelopvang verblijft, houdt de buurt goed in de gaten of de moederzwaan het volhoudt op de eieren.
Zwaanverhalen
De veelzijdigheid en het grote onderzoek naar de knobbelzwaan, samen met een vlotte schrijfstijl, maken De knobbelzwaan tot een mooi boek om te lezen. Sommige onderdelen hadden wat mij betreft nog iets uitgediept mogen worden, zoals de zwaan in de literatuur.
Er zijn zoveel mooie gedichten en verhalen over de zwaan geschreven. Zoals het prachtige verhaal van Jan Wolkers waarbij hij de door zijn vader gevangen zwaan bevrijdt. Het dier valt van het balkon waarop hij lag en breekt zijn nek.
De verliefde zwaan
De bijzondere band die vooral mensen in de stad hebben met de zwaan spreekt bijvoorbeeld uit het filmpje van de muzikant Reinier Sijpkens. Op zijn muziekboot prijkt een levensgrote zwaan die de aandacht van een zwaan trekt. Het dier is smoorverliefd.
Een nieuw verhaal over de zwaan duikt op in een prachtig filmpje over de verliefde zwaan. Het dier prefereert de zwaan op de boot boven een soortgenoot in de gracht. Natuurlijk weet ik dat Ton Eggenhuizen zal zeggen dat we moeten oppassen om onze gevoelens op die van de zwaan te projecteren. Maar ook hier geldt: zie het maar eens droog te houden.