Werke van skrywers aan die orde van Dan Sleigh, Wilma Stockenström en Karel Schoeman verskyn al geruime tyd in Nederlandse vertaling by die uitgewery Aldo Manuzio. En danksy die PEN Afrikaans-vertaalfonds kry Afrikaanse fiksie toenemend raklewe in die Nederlande. Die uitgewer Pieter Rouwendal het met Willem de Vries oor sy liefde vir Afrikaanse skryfwerk en planne gesels.
Aldo Manuzio is nie die eerste uitgewery wat jy begin het nie en dit is trouens ook nie die enigste druknaam waar boeke verskyn waarby jy as uitgewer betrokke is nie. Hoe het hierdie veelsydige benadering en betrokkenheid by die uitgewerswese ontstaan?
Ik begon in de boekenwereld bij uitgeverij Kok in 2004. Daar was ik verantwoordelijk voor theologische non-fictie. Dat paste prima bij de studie theologie die ik gedaan heb. Maar mijn interesse is veel breder. Toen ik in 2012 bij een reorganisatie ontslagen werd, besloot ik een eigen uitgeverij te starten, met de naam Brevier. Daar bracht ik naast theologie ook psychologie, romans en kinderboeken uit. In de praktijk bleek het niet te werken dat alles onder één naam verscheen. Christelijke boekhandels waren wantrouwend, want niet alles wat ik uitgaf was christelijk.
Algemene boekhandels kochten de algemene boeken slecht in, juist omdat ze dachten dat al mijn boeken voor een christelijk publiek bestemd waren. Ik heb de fondsen toen gesplitst: Brevier voor christelijke boeken, Aldo Manuzio voor de algemene boeken. Aldo Manuzio en zijn zoon Paolo waren beroemde Venetiaanse drukkers uit de Renaissance.
Aldo is het label voor algemene non-fictie, Manuzio voor literaire fictie en Paolo voor prentenboeken. Sinds 2017 is er ook een academische loot aan de uitgeverij toegevoegd: Summum Academic Publications. Binnenkort worden de boeken van Summum ook in Zuid-Afrika gedistribueerd, want we zijn zojuist tot overeenkomst gekomen met African Sun Media.
Benewens jare lank uitgewer te wees, is jy as akademikus sedert September vanjaar verbonde aan die Theologische Universiteit Apeldoorn. Vul jou akademiese werk en rol as uitgewer mekaar aan?
Ik ben na mijn afstuderen altijd betrokken gebleven bij de academische theologiebeoefening. Zo was ik voor mijn benoeming in Apeldoorn al Associate Researcher aan de Theologische Universiteit Kampen. Voor de academische uitgaven vult dat elkaar prachtig aan. Voor de uitgaven van Aldo Manuzio niet, al hebben beide universiteiten banden met universiteiten in Zuid-Afrika en ontmoet ik er wel eens theologen uit Zuid-Afrika, met wie ik dan over Afrikaanse literatuur kan praten.
Afrikaanse werke van onder andere moderne meesters verskyn in vertaling by Aldo Manuzio. Watter oorwegings maak jy by die lees van ’n Afrikaanse teks met die oog op vertaling en publikasie?
Ik let allereerst op literaire kwaliteit. Ik geef graag die boeken uit, die ik zelf niet meer weg kan leggen. Daarnaast moet het natuurlijk commercieel haalbaar zijn om een werk te laten vertalen. Dit leven (Hierdie lewe) van Schoeman werd door NB uitgevers meegestuurd met een door mij aangevraagd boek van Dalene Matthee.
Toen ik Schoeman begon te lezen, was ik meteen overtuigd. Wat een prachtige stijl, wat een goed verteld verhaal. Als lezer sprokkel je beetje bij beetje alle informatie bij elkaar. Ik moest dat boek van mezelf uitgeven. En na Matthee en Schoeman volgden er steeds weer nieuwe romans uit Zuid-Afrika die ik graag in vertaling op de markt wilde brengen.
Jy vertel dat jy Afrikaans goed kan lees en beoordeel self die oorspronklike werke wat jy vir vertaling en publikasie oorweeg. Waar het jy Afrikaans en werke van Afrikaanse skrywers leer ken?
Jaren geleden, toen ik nog in het voortgezet onderwijs werkte, had ik een collega die enkele jaren in Zuid-Afrika gewerkt had. Die zei eens dat er daar literatuur van niveau verschenen was die nauwelijks bekend was buiten Zuid-Afrika, omdat bijna niemand Afrikaans kan lezen. Zelf kende ik alleen de boeken van Matthee. Ik ben toen gaan kijken bij Afrikaanse uitgevers, heb wat boeken aangevraagd en ook advies gevraagd op grond van het profiel van de uitgeverij. Het Afrikaans heb ik al lezende mezelf aangeleerd. Ik kan het nu goed lezen, maar niet spreken of schrijven. Later kwam ik in contact met vertalers als Rob van der Veer, die me wel eens tipten over een Afrikaans boek dat ik nog niet kende. De volgende uitgave die gepland staat voor januari leerde ik ook bij toeval kennen. Rob tipte me over een boek, dat ik aanvroeg bij de literair agent in Zuid-Afrika. Surfend over diens website zag ik nog wat boeken die me interessant leken, en die vroeg ik meteen aan ter beoordeling.
Een daarvan was Harry Kalmers In een land zonder vogels. Dat boek leverde me een soortgelijke ervaring op als Dit leven van Schoeman: verpletterend. Ik hoop dat de lezers er straks net zo enthousiast over zijn als ik.
Die stigting van PEN Afrikaans se vertaalfonds bring broodnodige infrastruktuur na die vertaling van Afrikaanse skrywers in ander tale deurdat dit, in die woorde van PEN Afrikaans se Catrina Wessels, die vertaling en publikasie van verdienstelike Afrikaanse literêre werke in die buiteland bevorder deur vertaalkoste te subsidieer. Watter rol speel die vertaalfonds tot op hede in die werke van Afrikaanse skrywers wat by Aldo Manuzio verskyn?
Een heel belangrijke rol. Het laten vertalen van romans is een kostbare aangelegenheid met een flink risico. Als een boek niet aanslaat in de Nederlandse markt, kun je er als uitgever flink verlies op maken. Met de door mij uitgegeven vertalingen maakte ik wisselend winst en verlies. Van te voren is niet in te schatten hoe dat zal gaan. Dit leven van Schoeman deed het bijzonder goed, maar het vervolg Het uur van de engel, dat ik persoonlijk nog beter vind, verkocht heel slecht. Het fonds van PEN maakt dat we ons over de vertaalkosten en het risico daarvan geen zorgen hoeven te maken. Dat maakt het een stuk makkelijker om te besluiten tot een uitgave van literatuur van niveau, ook al is de schrijver in Nederland onbekend, zoals bijvoorbeeld Harry Kalmer. Het risico wordt met vertaalsubsidie sterk gereduceerd.
Wat neem jy waar wat betref die soort tematiek en publikasies wat aandag geniet onder die boekkopende, lesende Nederlandse publiek?
Dat is voor mij een lastige vraag, want ik volg bij uitgaven vooral mijn eigen oordeel. Literatuur van hoog niveau vindt vaak geen brede aftrek, en wat wel veel verkocht wordt, is naar mijn smaak lang niet altijd kwaliteit. Naar mijn idee is de voorkeur van het publiek vaak grillig. Wat me wel opvalt is dat mensen die een boek lezen, graag een echt boek willen lezen. De trend van steeds korter lijkt wel voorbij te zijn. Korte teksten lezen mensen wel op internet. Een boek mag weer dik zijn.
Met watter vertalers werk jy gereeld saam en wat beskou jy as kenmerkend van ’n goeie literêre vertaling?
Voor vertalers uit het Afrikaans werk ik veel samen met Rob van der Veer en Riet de Jong-Goossens, beide zeer gekwalificeerde vertalers. Riet werkt mede in verband met haar leeftijd de laatste tijd samen met Bert Aquarius, die eveneens uitstekend werk levert.
Een goede literaire vertaling sluit enerzijds dicht aan bij de brontekst en geeft de intentie ervan goed weer. Maar anderzijds moet dat op zo’n manier gebeuren dat de tekst wel prettig leest in goed Nederlands. Dat vereist een grote beheersing van zowel het Afrikaans als het Nederlands. Rob van der Veer bijvoorbeeld gebruikt bewust een archaïsch of net niet helemaal correct Nederlands woord wanneer hij ziet dat Schoeman dat in het Afrikaans doet. Hij handhaaft ook de soms erg lange, door komma’s aan elkaar geschakelde zinnen van Schoeman, ook al wil de Neerlandicus die het corrigeert ze het liefst in afzonderlijke zinnen knippen. Dat is ook kenmerkend voor een goede vertaler: die stelt zich dienstbaar op aan de auteur, meer dan aan de lezer.
Watter invloed het geleenthede soos die Week van de Afrikaanse Roman op bewusmaking onder die Nederlandse leserspubliek van Afrikaanse werke in vertaling?
De organisatie van de Week van de Afrikaanse Roman doet heel goed werk. Toch heb ik de indruk dat het effect gering is. Na de eerste keer lijkt het nieuwtje er voor veel media af te zijn. Lezers letten niet zozeer op de herkomst van een boek; die gaan af op recensies en aanbevelingen van bekenden, en hebben vaak belangstelling voor een bepaald genre, bijvoorbeeld psychologische romans, liefdesromans of misdaadromans. Het aantal mensen dat specifiek voor Afrikaanse romans belangstelling heeft, is gering. Maar ik hoop dat de Week door blijft gaan, want alle aandacht is welkom, en als die niet door uitgevers georganiseerd wordt, komt dat altijd sterker over.
Watter Afrikaanse skrywers se werke stel jy in die vooruitsig om te laat vertaal om uit te gee?
Op dit moment zijn er geen concrete vertaalplannen, maar ik geloof dat er nog genoeg te ontdekken valt. Ik heb nog een aantal boeken ter beoordeling liggen. Als Harry Kalmers In een land zonder vogels aanslaat, ligt het voor de hand dat er meer van hem vertaald zal worden. En daarnaast zijn er nog wel Afrikaanse schrijvers van wie ik positieve dingen gehoord heb, maar aan wiens oeuvre ik nog niet ben toegekomen.
Buro: MvH