Aanvankelijk leek het een gebeurtenis die eigenlijk helemaal niet in het nieuws had moeten komen.

Femke Halsema (Foto: Roel Wijnants [CC BY 2.0], via Wikimedia Commons)
In augustus maakte De Telegraaf bekend dat de 15-jarige zoon van de Amsterdamse burgemeester Femke Halsema in juli gearresteerd was nadat hij met een stel vrienden had ingebroken op een woonboot.
Toen hij de politie zag aankomen, probeerde de jongen zich uit de voeten te maken. Onder het lopen gooide hij een voorwerp weg dat hem nog verder in de problemen zou kunnen brengen.
Een “nepwapen”, schreef Halsema in een open brief aan alle Amsterdammers.
Maar dit weekend bekende Robert Oey, Halsema’s echtgenoot, in een interview in NRC Handelsblad dat het om een onklaar gemaakte revolver ging die hij bij zijn werk als filmmaker af en toe als rekwisiet gebruikte.
Voor het eerst bleek dat het wapen afkomstig was uit de ambtswoning.
De oppositiepartijen in de gemeenteraad ruiken bloed en eisen dat de burgemeester tekst en uitleg komt geven.
Wat Hillary Clinton is voor de Amerikaanse Republikeinen, zei iemand dit weekend, is Femke Halsema voor rechts Nederland: “the person you love to hate”.
Als partijleider van GroenLinks riep ze in rechtse kringen al felle weerstand op, en in het jaar (ruim) dat ze nu burgemeester is, stuit alles wat ze doet op harde kritiek.
De redactie van De Telegraaf kent de gevoelens bij de lezers en stookt het vuurtje graag nog eens extra op.
De Telegraaf mat het nieuws dus ook breed uit toen in augustus uitlekte dat Halsema’s zoon een maand eerder opgepakt was bij een inbraak op een woonboot, en dat hij ook nog eens in bezit bleek van een “wapen”.
.........
Femke Halsema: “Mijn zoon is een gewone Amsterdamse jongen.”
.........
Al snel ontstond het gerucht dat het incident in de doofpot was gestopt omdat het om het zoontje van de burgemeester ging, en dat Halsema misbruik had gemaakt van haar macht om de zaak uit de pers te houden.
Geen doofpot
Een dag na De Telegraaf het nieuws naar buiten had gebracht, reageerde Halsema via de website van de gemeente Amsterdam met een brief aan alle Amsterdammers. Hierin zette ze uiteen wat er zou zijn gebeurd:
“Mijn zoon heeft geen gewapende inbraak gepleegd. Mijn zoon had een (verboden) nepwapen bij zich waarmee hij selfies maakte en was met vriendjes zich aan het vervelen en aan het klieren. Zij vonden een verwaarloosde en verlaten woonboot, waar zij naar binnen zijn gegaan. Daar vonden zij oude brandblussers die zij naar buiten hebben gesleept en leeg hebben gespoten. Politie is op de overlast af gekomen, mijn zoon is gaan rennen, heeft paniekerig het nepwapen weggegooid, is toen alsnog gestopt en ingerekend.”
In haar brief stelde Halsema duidelijk dat haar zoon de wet heeft overtreden en dat hij de gevolgen van zijn daden zal moeten dragen, en dat zij als burgemeester er alles aan had gedaan om de schijn van machtsmisbruik te vermijden.
De zaak is bijvoorbeeld verplaatst naar de rechtbank in een andere stad, om een voorkeursbehandeling te voorkomen.
Politie en justitie van Amsterdam hebben ontkend dat er geprobeerd zou zijn om de zaak in de doofpot te stoppen. Als het om een minderjarige gaat, gebeurt het wel vaker dat de naam van een kind van bekende ouders in het politieregister wordt geanonimiseerd om de privacy van het kind te beschermen.
Deze handelwijze zou in dit geval ook gevolgd zijn.
“Er is geen sprake van een doofpot”, schrijft Halsema dan ook in haar brief aan de Amsterdammers. “Er is sprake van een privékwestie, van een jongen van vijftien jaar wiens gegevens in vergelijkbare zaken nooit openbaar zouden zijn gemaakt. Waarbij de politie ambtsgeheim heeft en journalisten er bij andere, minderjarige Amsterdamse jongens zonder strafblad niet over zouden piekeren om hun gegevens zo op straat te gooien. Vanaf vandaag weet iedereen wat hij heeft gedaan. Vriendjes, familie, leraren. Voordat er een rechterlijk oordeel is geveld heeft De Telegraaf hem op de voorpagina veroordeeld voor een delict dat hij niet heeft gepleegd. Ik verdien het elke dag gecontroleerd te worden en ter verantwoording te worden geroepen. Dat hoort bij mijn ambt. Mijn zoon is een gewone Amsterdamse jongen die inderdaad een fout heeft begaan die hij moet herstellen. Hij verdient geen extra publieke straf, alleen omdat hij mijn zoon is.”
Met haar brief slaagde Halsema erin het incident te bagatelliseren tot het gedrag van een klierende puber. Het wapen werd gereduceerd tot een “nepwapen”.
.........
Robert Oey, “man ván”: “Ik overtreed iedere dag de wet.”
.........
De Halsema-haters namen er geen genoegen mee dat ze er – in hun ogen – zo luchtig over deed.
Maar bij veel Nederlanders overheerste toch het gevoel dat De Telegraaf onethisch had gehandeld door politiek te bedrijven over de rug van een 15-jarige jongen die het niet kan helpen dat zijn moeder de burgemeester van Amsterdam is.
Halsema’s man wil geen brave jongen zijn
Nóg een maand later leek de zaak min of meer naar de achtergrond verdwenen. Tót NRC Handelsblad dit weekend een lang interview met Halsema’s echtgenoot publiceerde, documentairemaker Robert Oey.
Het is een merkwaardige tekst, waarin “de man ván” een ontluisterend beeld geeft van hoe het er in de ambtswoning aan toe gaat.
De ambtswoning van de burgemeester van Amsterdam, Herengracht 502, ook bekend als het “Huis met de Kolommen” (Foto: Nikolas Tzimoulis [CC BY-SA 3.0], via Wikimedia Commons)
De belangrijkste onthulling was dus dat zoonlief het wapen – zoals stilzwijgend aangenomen werd – helemaal niet op het schoolplein gekocht had, maar dat dit eigendom was van zijn vader.
Oey had het wapen – een onklaar gemaakte revolver, wat niet helemaal hetzelfde is als een “nepwapen” – na een opnamedag mee naar huis genomen en het verstopt in de la waar hij ook wel eens de mobiele telefoons van de kinderen opbergt als hij die voor straf heeft afgepakt. Daarna was Oey voor zijn werk naar Bangkok vertrokken.
Uit het interview komt Oey naar voren als een man die zijn eigen leven niet wil laten bepalen door de positie van zijn vrouw.
Als Halsema hem belt met het nieuws dat hun zoon is gearresteerd en hem vraagt terug te komen, weigert hij.
“Ik ben nog twaalf dagen in Bangkok gebleven. Ik heb het weggestopt en heb me volledig op m’n werk gestort daar. Ik heb gedacht: ik zie wel wat ik straks aantref thuis.”
Toen zijn zoon op het politiebureau zat voor verhoor, werd de jongen alleen begeleid door een advocaat. Halsema kón niet mee omdat haar aanwezigheid uitgelegd kon worden als poging tot beïnvloeding.
Oey zat in Bangkok. Wat er tijdens het verhoor besproken is, weet hij twee maanden later nog steeds niet. “Hij heeft het er nog niet met zijn zoon en vrouw over gehad.”
Dat het zíjn wapen was dat de aanleiding voor alle commotie vormt, werd in de media niet eerder vermeld. De familie kwam er niet mee naar buiten omdat de vraag niet werd gesteld.
Volgens Oey hebben Halsema en hij het nog niet gehad over de implicaties van het feit dat híj het wapen in de ambtswoning heeft binnengebracht.
Het interview neemt een bizarre wending wanneer Oey dingen aan de journalist begint te vertellen waar hij met zijn eigen vrouw blijkbaar niet over kan praten.
Op de vraag of Halsema boos op hem is, antwoordt hij: “Ja, alleen is dat nog nooit uitgesproken, tot op de dag van vandaag. We kunnen prima ruzie maken, dat is het niet. Maar ze heeft het nog niet tegen me gezegd, al wil ze dat natuurlijk heel graag.”
En op de vraag of ze nog niet tegen hem uitgevallen is, zegt hij: “Nee! Ze heeft nog niet geroepen: ‘Paardenlul, hoe kún je nou…?’”
Scherp: “Ze kan dat zeggen, maar dan zeg ik tegen haar: ‘Dit is gewoon mijn werk. Flikker op met je ambtswoning!’ Dat is de ruzie die we nu beiden uit de weg gaan.”
Een verontrustende bekentenis is ook dat er volgens Oey binnen het gezin vorig jaar nauwelijks is gesproken over de vraag wat voor consequenties het zou hebben als Halsema burgemeester zou worden.
Oey: “Wij zijn hele impulsieve, emotionele mensen. De consequenties van dat soort dingen denken we niet echt door. We gaan niet, zoals andere ouders, met z’n allen zitten en zeggen: wat betekent zo’n openbaar ambt nou voor ons als gezin?”
En op de vraag of niemand hen gewaarschuwd had: “[Ze] kennen ons een beetje. Ze weten: die twee nemen die beslissing op een achternamiddag en dan is ze opeens burgemeester.”
Lekker tegen het verkeer in fietsen
Net als Halsema benadrukt Oey dat zijn zoons arrestatie een privékwestie is. “Dat is mijn naïviteit. Maar die eis ik wel op.”
Terwijl Halsema weet dat ze vanwege haar ambt onder een vergrootglas ligt en ze zich daarom strikt aan de regels wil houden, heeft Oey helemaal geen zin om zich aan te passen: “Ik ben al strafbaar als ik straks op de Herengracht een stukje tegen het verkeer in fiets. Maar ik doe het gewoon. Ik overtreed iedere dag de wet.”
“Doodsteek voor de burgemeester”?
De onthullingen van Oey hebben dit weekend de gemoederen flink beziggehouden. De raadsfracties van VVD, FvD en de PvdO (Partij van de Ouderen, een lokale partij) willen dat Halsema in de gemeenteraad tekst en uitleg komt geven.
Halsema heeft via haar woordvoerder laten weten dat zij niet wist dat haar echtgenoot een wapen mee naar huis had genomen. Ook zegt zij dat er op de zolder van de ambtswoning verder geen verboden spullen liggen, iets wat Oey suggereerde in NRC.
“Uiteraard zal ik in de raad vragen beantwoorden,” aldus Halsema. “Feit blijft dat zich iets voordeed in mijn privéleven. Daar ga ik terughoudend mee om. Mijn huis is geen publieke plek. Het is een privéwoning waar een gezin woont […]. Dat dit appartement zich op de bovenste verdieping bevindt van de ambtswoning, maakt het privéleven van de inwoners niet tot onderwerp van het publieke en politieke debat.”
Ondertussen vragen veel mensen die het interview gelezen hebben, zich af wat Oey bezielde om zo “leeg te lopen” en, zoals meerdere twitteraars het omschrijven, “zijn vrouw onder de bus te gooien”.
Was het een bewuste poging om de verantwoordelijkheid voor het incident op zich te nemen en de aandacht van Halsema af te leiden? Of is dit een daad van een man die het niet kan verkroppen dat zijn vrouw in haar loopbaan succesvoller is dan hij?
Schrijfster en journaliste Roxanne van Iperen stelde het zó op Twitter: “Een doodssteek voor de burgemeester. Inderdaad vanwege haar vrouw-zijn, maar niet door de buitenwereld.”
Lees ook
Buro: IGFemke Halsema wordt eerste vrouwelijke burgemeester van Amsterdam