Schrijfster Valda Jansen: "De apartheid is mijn Boerenoorlog"

  • 0

Het leek een droomdebuut. Maar vlak na het verschijnen van haar eerste roman Hy kom met die skoenlappers (2016) verdween Valda Jansen uit de openbaarheid. Aangekondigde boekpresentaties werden op het laatste moment afgezegd.

Later werd bekend dat er bij de schrijfster borstkanker vastgesteld was. Ze moest intensieve behandelingen ondergaan: chemotherapie en bestraling.

Wat het jaar van haar grote doorbraak moest worden, veranderde in een annus horribilis.

Haar ziekte was niet de enige tegenslag die Jansen in korte tijd te verwerken kreeg. Het leek wel alsof de mensen om haar heen moeite hadden met haar nieuw verworven status als schrijfster.

In plaats van bewondering te oogsten, leken haar vrienden zich na het verschijnen van het boek van haar af te keren. Alsof ze niets met de hype rond het boek te maken wilden hebben.

“Ik voelde me alleen, en toen die ziekte er ook nog eens bij kwam, voelde ik me nóg eenzamer”, herinnert Jansen zich achteraf. “Ik ben door een periode van intense eenzaamheid gegaan.”

Het was haar liefde voor haar dochter die Jansen erdoorheen heeft gesleept.

“Toen ik het woord ‘kanker’ hoorde, wilde ik onmiddellijk weten hoelang ik nog te leven had. Maar op dat moment maakte zich ook een geweldige overlevingsdrang van mij meester. Want ik heb een kind! Ik bleef mijzelf doelen stellen; telkens was er een project dat ik nog wilde afmaken. Een recensie die ik moest schrijven, bijvoorbeeld. Ik greep elke opdracht die ik aangeboden kreeg aan. Vaak was ik zo verzwakt dat ik het nauwelijks kon opbrengen. Maar elke recensie die ik schreef, betekende voor mij een stap in de goede richting. Daardoor kon ik aan mezelf en aan de wereld laten zien dat ik nog de oude was. Dat er met mijn verstand niets mis was.”

Een Nederlandse grootvader

Inmiddels is Jansen er helemaal bovenop. Het was een grote verrassing toen ze door Steward van Wyk werd gevraagd zich een jaar lang bij het departement Afrikaans aan de Universiteit van Wes Kaapland aan te sluiten.

“Terwijl iedereen bang is dat het Afrikaans aan andere universiteiten dreigt te verdwijnen, is er aan de UWK een enorme, nog altijd groeiende belangstelling voor Afrikaanse taal- en letterkunde. Dat mag best wel eens gezegd worden. Ik vind het mooi om daar deel van uit te maken.”

................... 

“De apartheid – net als de Boerenoorlog – is iets wat we niet snel zullen vergeten. Iets wat we niet mógen vergeten. We zullen nog een hele lange tijd nodig hebben om die te verwerken.”

...................

Hoewel de vrouwelijke hoofdpersoon uit Hy kom met die skoenlappers dezelfde naam draagt als de schrijfster, moet de lezer daar volgens Jansen niet te veel achter zoeken. De naam “Jansen” kwam haar eenvoudigweg goed te pas, omdat die naam verschillende verwachtingen op kan roepen – Engels óf Afrikaans; wit óf bruin.

In het boek wordt gesuggereerd dat de naam “Jansen” afkomstig is van een Nederlandse grootvader. Ook in Valda Jansens eigen familie zou er sprake zijn geweest van zo’n Nederlandse opa. Twee van haar broers hebben het rode haar van die “Hollandse oupagrootjie” geërfd. Maar verder weet Jansen weinig van hem af.

“Het verleden was een vreemde tijd”, bespiegelt ze. “Er zijn in het verleden dingen gebeurd waarvoor we ons schaamden en waarover niet werd gepraat. Een van de punten die ik in het boek wil maken, is juist dat delen van ons verleden zoek zijn geraakt. Dit was voor mij een van de redenen waarom ik dit boek wilde schrijven. Omdat er íets moet zijn, iets wat een mens kan achterlaten. Voor het nageslacht, dat zich dit soort dingen gaat afvragen. Ik vond het verschrikkelijk dat delen van ons bestaan, ons menswees, domweg verloren zijn gegaan. Verzwegen, over boord gegooid, verdwenen tijdens al die veranderingen waar we aan onderworpen werden.”

Daarmee past Hy kom met die skoenlappers binnen een bredere tendensdie bijvoorbeeld ook in het werk van Ronelda Kamfer, Nathan Trantraal en E.K.M. Dido terug te vinden is – om leven en verleden van de bruine gemeenschap vanuit het eigen perspectief te documenteren en een plaats te geven (“binnen te schrijven”) in de Afrikaanse literatuur.

...................

“Geluk – evenals een gevoel van zelfrespect – was ‘slegs vir blankes’.”

...................

Een belangrijke ontwikkeling, vindt Jansen. Toch zou ze niet zo ver willen gaan om het een bewust project te noemen.

“Een roman schrijven, is toch iets heel persoonlijks”, redeneert ze. “Als die in een bredere beweging past, zal dat achteraf duidelijk worden.”

Verdreven van familiegrond

Valda Jansens familie komt uit Aliwal-Noord in de Oos-Kaap. Toen zij twee jaar oud was, werd het gezin vanwege de apartheidswetten gedwongen om te verhuizen naar de Wes-Kaap. In het kader van “werkreservering” kon haar vader soldaat worden in het Kaapse korps.

Hoewel zijzelf nog heel jong was, is het gevoel van verdreven te zijn, verbannen van haar familiegrond, haar haar hele leven bijgebleven. “Een stukje van mijn hart is achtergebleven in de Oos-Kaap.”

De familie Jansen maakte – net als die van E.K.M. Dido – deel uit van de Afrikaanssprekende gemeenschap in de Oos-Kaap. Volgens Jansen bestaat er verschil tussen het Afrikaans uit de Wes-Kaap, specifiek het Kaapse Afrikaans, en de “baie suiwer klanke” van het Afrikaans van haar Oos-Kaapse familie, waar ze als kind zo van is gaan houden.

Jansen heeft er een hekel aan als ze bestempeld wordt als een bruine Afrikaanse schrijver. Ze wil niet in een hokje geduwd worden. “Ik ben schrijfster; ik schrijf wát ik wil en hóe ik wil.”

Geen recht op geluk?

De ondertitel van Hy kom met die skoenlappers luidt ’n Elegie aan ’n verlore liefde. Het boek draait om de liefdesverhouding tussen de Zuid-Afrikaanse studente Valda – bruin, zoals Jansen zelf – en de Duitser Anders, geboren in de voormalige DDR.

Ze leren elkaar kennen als Valda als uitwisselingsstudent een half jaar in Duitsland verblijft. Maar als haar studietijd erop zit en Valda naar Zuid-Afrika terug moet, verbreekt Valda het contact. Of beter gezegd: ze laat het contact verwateren. Het blijft in het boek in het midden waarom dit gebeurt en er zijn ook andere interpretaties mogelijk, maar het lijkt erop alsof Valda – als ze eenmaal teruggekeerd is in haar Zuid-Afrikaanse omgeving – terugvalt in een oud denkpatroon: dat ze geen recht heeft op geluk.

Deze mentaliteit is een erfenis van de apartheid, toen ze als “kleurlinge” veroordeeld was tot een bestaan aan de zijlijn. Geluk – evenals een gevoel van zelfrespect – was “slegs vir blankes”.

“Het kwam voor haar als een schok dat iemand zo van haar kon houden”, probeert Jansen desgevraagd Valda’s passiviteit te verklaren. “Het maakte haar bang. Zal het standhouden? Stel je voor dat hij door haar heen zou kijken en haar zou zien zoals ze echt was?”

Het verleden woekert voort

Hy kom met die skoenlappers speelt zich af in twee landen met een beladen geschiedenis. In haar aanvaardingstoespraak van de Jan Rabieprijs in 2018 deed Jansen een opmerkelijke uitspraak: “Apartheid is my Boereoorlog”.

“Ik hoor mensen vaak zeggen dat we nu eindelijk eens moeten ophouden over de apartheid. ‘De apartheid is voorbij. Vergeet het!’ Het zijn vooral blanke Afrikaners die dat zeggen. Hoe durven zij ons het zwijgen op te leggen? Terwijl je aan de Afrikaanse literatuur kunt zien dat zíj nog altijd niet klaar zijn met de Boerenoorlog. Ze treuren nog altijd om het lijden van hun voorouders, ze zijn nog altijd kwaad op de Engelsen. Toen ik die boeken over die oorlog van meer dan honderd jaar geleden las, realiseerde ik mij dat dit hún pijn was, en dat ze nog steeds bezig zijn om die te verwerken. En ze zeggen dat ze zich op eigen kracht uit de diepste ellende omhoog hebben gewerkt. Maar voor mij is de apartheid een direct gevolg van de Boerenoorlog. Want ze hebben zich opgewerkt door een systeem in het leven te roepen dat andere mensen discrimineerde. Dat wordt nog te veel verzwegen. Ik heb bij die prijsuitreiking ook gezegd dat Afrikaners hun aandeel in de apartheid nog niet onder ogen hebben gezien. Je zou toch denken dat ze hun excuses moeten aanbieden voor het feit dat er zoiets verschrikkelijks als apartheid heeft bestaan! Wat dit betreft heeft F.W. de Klerk natuurlijk bij zijn optreden voor de Waarheidscommissie de gelegenheid voorbij laten gaan. Als ik bij leeskringen over het boek praat, krijg ik de indruk dat er bij witte mensen behoefte bestaat om een statement te maken. Maar misschien missen ze nog een veilige ruimte om zo’n bekentenis te doen.”

Afsluiting

Zal Valda Jansen haar “Boerenoorlog”, het trauma van de apartheid, ooit achter zich kunnen laten? Het lijkt alsof ze daar nog niet echt toe bereid is.

“Ik heb niet het gevoel dat het schrijven van dit boek voor mij iets opgelost heeft”, zegt ze. “Toen ik ziek werd, en het idee had dat ik niet meer lang te leven had, ben ik mezelf vragen gaan stellen over mijn nalatenschap. Er zijn nog zoveel dingen die uitgepraat moeten worden. Dingen die niet genoemd worden, die verzwegen worden. De apartheid – net als de Boerenoorlog – is iets wat we niet snel zullen vergeten. Iets wat we niet mógen vergeten. We zullen nog een hele lange tijd nodig hebben om die te verwerken.”

...................

Valda Jansen treedt tijdens de Week van de Afrikaanse roman op:
Buro: IG
  • 0
Verified by MonsterInsights
Top