De Graaff skryf eerste boek oor belangrike Griekwa-kaptein van 1800’s

  • 0

In sy mees onlangse boek, Barend Barends – Die vergete kaptein van Danielskuil, fokus die historikus en joernalis Bart de Graaff op ’n belangrike figuur binne die noordelike grensgebied van die Kaapkolonie in die 1800’s.

De Graaff het Willem de Vries se vrae beantwoord oor hierdie persoonlike reisverslag wat terselfdertyd ’n joernalistieke werk en geskiedenisboek is. Die bekroonde vertaler Daniel Hugo het die manuskrip uit Nederlands in Afrikaans vertaal.

Bart de Graaff

In ’n artikel oor Barend Barends het jy geskryf “de geboren ‘Bastaard’ en Griekwa-kapitein is een van de belangrijkste – en zeker een van de meest kleurrijke – figuren in het noordelijk grensgebied van de Kaapkolonie tijdens de eerste vier decennia van de negentiende eeuw geweest. Zijn naam zal altijd verbonden blijven aan Danielskuil.” In hoe ’n mate het die artikel aanvoorwerk vir die boek Barend Barends – Die vergete kaptein van Danielskuil geword? Hoe het jy van hom te hore gekom? Wat het aanleiding gegee tot die boek wat jou die reis van Nederland na die Noord-Kaap laat aflê het?

Veel mensen – en dan niet alleen in Nederland maar ook in Zuid-Afrika – weten weinig of niets over de geschiedenis van de Griekwa’s. Leiders als Adam Kok en Andries Waterboer klinken nog wel bekend, maar dat Barend Barends in het begin van de 19e eeuw een zeker zo belangrijke kaptein was, weet vrijwel niemand. Ook de Griekwa’s zelf niet.

Toen ik in oktober 2018 op een conferentie in Kuruman een toespraak hield over “Griekwa-gemeenskappe” in de Noord-Kaap, was dat een goede aanleiding om de twee uur van daar naar Danielskuil te rijden (waar Barends een tijdlang kaptein was) om te proberen nakomelingen op te sporen en om te weten te komen of er nog mondeling overgeleverde verhalen over hem bekend zijn.

Jy wys daarop dat daar voor hierdie publikasie nog nie ’n boek was wat in sy geheel aan hierdie Griekwa-kaptein gewy is nie. Is daar ander historiese figure oor wie daar, na jou wete, ook weinig bekend is en wat jy graag sou wou navors? Het hierdie boek in sekere sin aanleiding gegee tot verdere ondersoeke waaraan jy wil aandag skenk?

Ja, er valt nog veel te ontdekken over de onstuimige geschiedenis van het noordelijk grensgebied van de Kaapkolonie in de vroege 1800’s.

Hoewel bekende historici (Hermann Giliomee, Martin Legassick en Nigel Penn) en ook mensen als Alf Wannenburgh en Karel Schoeman al het nodige geschreven hebben over deze streek en dit tijdperk, is in de literatuur betrekkelijk weinig te vinden over “frontiersmen” als Jan Bloem II, Knecht Windvogel, Donderbos Pokkebaas en de Xhosa-hoofdman Zwane (meestal Danster genoemd). Gebrek aan bronnenmateriaal staat het schrijven van biografieën of monografieën hoogstwaarschijnlijk in de weg.

Dat deed het ook bij dit boekje over Barend Barends, dat daarom deels als persoonlijk reisverslag, deels als journalistiek boek en deels als geschiedenisboek is geschreven.

Waaraan skryf jy die haas verdwene teenwoordigheid van Barends in die Suid-Afrikaanse geskiedskrywing toe? Wat is, na jou gevoel, sy regmatige plek in die hedendaagse manier waarop die geskiedenis gehanteer word? En waaraan is sy invloed te meet in die tyd waarin hy geleef het (1770-1839)?

Barends is gestorven zonder mannelijke opvolger. Zijn kapteinsstaf is na zijn dood overgenomen door zijn schoonzoon Pieter Davids. Toen de tijd kwam dat ook Davids de staf over moest dragen aan zijn zoon (waarvan ik de naam niet weet, overigens), wilde laatstgenoemde geen Griekwa-kaptein worden. Het verhaal gaat dat hij zich aansloot bij een Koranna-stam – maar dat is weer zo iets dat eens goed onderzocht zou moeten worden.

En in antwoord op het tweede deel van je vraag: Barends’ rol als Griekwa-kaptein was groot: mede door zijn aanzien als krijgsheer – als iemand die zijn volgelingen daadwerkelijk bescherming kon bieden wanneer dat nodig was – kreeg hij uiteindelijk een paar duizend aanhangers. Niet alleen Griekwa’s, maar ook Koranna’s (Jan Bloem II), Tswana’s en San erkenden zijn kapteinschap. Je zou kunnen zeggen dat onder Barends’ beheer in Danielskuil en later in Boetsap een ware samensmelting van culturen (“confluence of cultures”) plaatsvond.

Joan Kruger van Paternoster Books sê 400 eksemplare van die boek is versprei onder die gemeenskap in Kimberley en omgewing. Wat bied ’n boek soos hierdie aan gemeenskappe waarvan die mense vandag eintlik sonder ’n sterk bewussyn of selfs enige kennis van hul verlede en bydraes in die geskiedenis gelaat is? Hoe het Griekwa-mense gereageer toe hulle verneem waaraan jy aan die skryf was? Vertel ook iets oor die ontvangs en bekendstelling van die boek.

Ja, 400 exemplaren worden gratis verspreid onder openbare bibliotheken en scholen in de Noordkaap. Want zelfs tegen een bodemprijs (R90 voor inwoners van Danielskuil) is het boek voor veel mensen op het platteland nog te duur. De reacties op de mededeling dat ik het boek schreef, en de reacties tijdens de bekendstelling in Danielskuil waren zonder uitzondering positief. Ik denk dat het voor veel mensen een soort erkenning is; een erkenning van wie ze zijn en welke rol hun voorouders hebben gespeeld in de Zuid-Afrikaanse geschiedenis.

Gelukkig heb ik in het boek enkele mensen met de familienaam Barends aan het woord kunnen laten. Of die mensen ook afstammen van dé Barend Barends is trouwens hoogst twijfelachtig. Ik ben één keer een verwijzing tegengekomen naar ene Willem Barends – die net als Nikolaas Barends een broer van de kaptein zou zijn en wellicht mannelijke nakomelingen had – maar destijds was Barends een tamelijk veel voorkomende achternaam. In hun verslagen maken Britse reizigers bijvoorbeeld regelmatig melding van een Barends, en zelfs een keer van een Barend Barends, maar elke keer schrijven ze daarbij dat het niet over “the chief of that name” gaat.

Oor die ontvangs van die boek: Dit was ’n fees! Die burgemeester het gepraat, die adjunk–ambassadeur van die Nederlandse ambassade, mnr. Jan Huesken, het ’n toespraak in Afrikaans gehou en daar was omtrent 80 mense. Het enige minpuntje was dat, naast alle steun van culturele instellingen en overheidsorganisaties in Zuid-Afrika en Nederland, er vanuit het zakenleven geen enkele interesse was om actief bij dit uitreikproject betrokken te raken. Maar misschien komt dat alsnog bij een volgend project in Danielskuil. Dat hoop ik, tenminste. 

Jy noem dat toe jy die boek geskryf het, die moontlikheid van ’n Griekwa-herlewing telkens aan die orde gekom het, maar terselfdertyd was betrokkenes en verbandhoudende organisasies onderling verdeeld hieroor. Wat was van die terugvoer oor die boek wat jy intussen ontvang het vanuit die geledere van hierdie organisasies, gemeenskapsleiers en van regeringsweë?

De terugvoer die ik via e-mail heb binnengekregen is zonder uitzondering positief, al moet je daarbij wel bedenken dat veel mensen uit de Griekwa-gemeenschap geen toegang tot internet hebben. Maar ik hoop de mensen die ik voor dit boek heb geïnterviewd, in april weer te ontmoeten. Dat biedt me de mogelijkheid om te weten te komen of ze wel of niet tevreden zijn met wat ik geschreven heb.

In het boek komen natuurlijk ook mijn persoonlijke indrukken en denkbeelden naar voren – ik weet niet of iedereen die deelt, maar het zijn wel eerlijke observaties van hoe ik een en ander heb gezien en gehoord. Ook over de onderlinge verdeeldheid van de Griekwa’s en de mijns inziens onrealistische doelen die sommigen zich stellen.

Watter invloed het die destydse sendinggenootskappe gespeel in die lewensverhaal van Barends wat so ’n noue band met Danielskuil het?

Een grote rol. Barends was de eerste die in 1801 de London Missionary Society (LMS) vroeg een zendeling te sturen. Zelf liet hij zich dopen en werd zelfs aangesteld als lekenprediker. Uit alles wat ik over hem lees, komt het beeld van een diepgelovig mens naar voren. Een geloof dat echter naarmate hij ouder werd, doorsloeg in de overtuiging dat hij door God was uitverkoren om de Tswana tegen de Ndebele te beschermen bijvoorbeeld – iets dat leidde tot het uitwissen van het grootste Griekwa-commando dat ooit op de been was gebracht, bij de slag op Moordkop. Journalist Shaun Smillie heeft daar onlangs een uitgebreid artikel over geschreven.

Overigens stoorde Barends zich mateloos aan het feit dat de zendelingen niet het in zijn ogen juiste respect voor de traditionele kapteins (Adam Kok II en hijzelf) toonden, en verbrak hij zijn banden met de LMS. Nadat Barends in 1827 van Danielskuil naar Boetsap vertrok, liet hij een lid van de Pienaar-familie achter als zijn “provisie-kaptein”. Maar toen Barends na de nederlaag tegen de Ndebele geld zocht om een nieuw commando op de been te brengen, verkocht hij zijn rechten op Danielskuil aan kaptein Andries Waterboer van Griekwastad. Het geld dat Waterboer nodig had om te kunnen betalen, werd hem door de LMS geleend of gegeven ...

Het enigiets rondom die hernude bewusmaking van Barend Barends en die planne vir toerisme-aantreklikhede op Danielskuil en omgewing al gevorder? Was jy sedert jou werk aan die boek weer daar gewees?

Het Zuid-Afrikahuis heeft een aanvraag ingediend bij DutchCulture, een overheidsinstantie, voor het doen van onderzoek naar (immaterieel) gedeeld cultureel erfgoed (in dit geval van de Griekwa’s en het koloniale Nederland). De aanvraag is gehonoreerd, maar de begroting is nog niet helemaal rond. We zijn daarom op zoek naar meerdere sponsoren om dit project, dat ook voorziet in het ontwikkelen van de mogelijkheden die Danielskuil biedt qua erfenistoerisme.

Een belangrijk doel is inmiddels bereikt: Het gemeentebestuur van de Kgatelopele-municipaliteit – waaronder Danielskuil valt – heeft toegezegd het pad dat vanuit het dorp leidt naar de Kuil, de Barend Barendsstraat te noemen. Zowel burgemeester Rene Losper als raadslid Irene Williams bieden alle mogelijke hulp. In april ga ik weer naar Danielskuil om daar samen met prof. Doreen Atkinson van de Karoo Development Foundation (KDF) verder te werken aan het project. Het is de bedoeling verschillende “heritage hubs” in het dorp te plaatsen die de geschiedenis van Danielskuil en Barend Barends en zijn Griekwa’s voor iedereen inzichtelijk moeten maken. Aan het eind van dit jaar, ten slotte, wordt in het Zuid-Afrikahuis in Amsterdam een tentoonstelling ingericht over de Griekwa’s op het Ghaap-Plateau.

Vertel iets oor die oorsprong van “Griekwa” en hoe die mense van Danielskuil hierdie benaming vandag beskou.

De Griekwas stammen af van (ontstamde) Khoikhoin – waarschijnlijk van de Grigriqua’s die aan de Westkust woonden – en verder van uit de Kaapkolonie gevluchte slaven, misdadigers, avonturiers, Koranna’s, San etc. Ze zijn zich pas Griekwa gaan noemen toen de Engelse zendeling John Campbell hen in 1813 wees op het feit dat “Bastaard” of “Bastard” een heel negatieve betekenis had.

Als ik een gokje mag wagen, denk ik dat ze een andere naam alleen maar aannamen om zeker te zijn van de welwillendheid van de zendelingen – want die waren onmisbare schakels in de handel met de Kaapkolonie. Zonder zendelingen geen geweren, geen kruit en geen kogels bijvoorbeeld – zaken van levensbelang aan de Oranjerivier. Maar elders in het binnenland bleven genoeg mensen over die zich tot op de dag van vandaag nog met trots “Baster” noemen – Rietfontein (Kalahari) en Rehoboth (Namibië) zijn daar goede voorbeelden van.

Stel jy enige verdere projekte oor die geskiedenis van die Noord-Kaap in die vooruitsig? Waaraan werk jy nog tans?

Nieuwe dingen ... omdat we nu een vervolgproject gaan doen, heb ik me nog wat beter ingelezen en gezocht naar “verhaaltjes” binnen het grotere narratief dat de geschiedenis van de Noord-Kaap is. Daar willen we (het Zuid-Afrikahuis en de KDF) workshops over aanbieden en lesmateriaal voor scholen van maken. Ik denk dat ik inmiddels een nieuwe kijk op de geschiedenis van de Griekwa’s heb gekregen: Die geschiedenis kan niet los worden gezien van die van alle etnische groepen waaruit de Griekwa’s zijn voortgekomen.

Er zijn geen “zuivere” Griekwa’s – net zomin als er “zuivere” blanken of “zuivere” (you name it) in Zuid-Afrika bestaan – op wellicht een handjevol uitzonderingen na. En ten tweede, maar dat heb ik al genoemd, zie ik nu vooral kansen op het gebied van erfenistoerisme, nu de gemeenschap op Danielskuil meer weet heeft gekregen van hun eigen, soms glorieuze, maar dikwijls ook “hartseer” geschiedenis.

Lees ook

Barend Barends, Griekwa-leider en “ietsie van alles”

Buro: MvH
  • 0
Verified by MonsterInsights
Top