Een leven met Ivan Pillay

  • 0

In The unlikely Mr Rogue weerlegt journalist Evelien Groenink de geruchten over haar man Ivan Pillay, voormalig topambtenaar bij SARS, de Zuid-Afrikaanse belastingdienst. In een land waar een corrupte president en zijn trawanten de dienst uitmaken, is opkomen voor de waarheid een heldendaad.

In 2014 en 2015 verschenen er in de Zuid-Afrikaanse Sunday Times maar liefst 36 artikelen over een speciale opsporingseenheid binnen de Zuid-Afrikaanse belastingdienst die “ontspoord” zou zijn (gone rogue). De inspecteurs zouden carte blanche hebben gekregen om belastingontduikers op te sporen, vooral in kringen van de georganiseerde misdaad. Maar vervolgens zouden ze zelf het verkeerde pad op zijn gegaan en zich schuldig hebben gemaakt aan corruptie, smokkelarij, afpersing en het uitbaten van een bordeel.

.......

‟De ambtenaren van SARS waren slachtoffer van een politiek gemotiveerde lastercampagne.”

.......

In december 2015 oordeelde de Zuid-Afrikaanse Raad van de Journalistiek echter dat de artikelen “fake news” waren. Latere onderzoekscommissies zouden vaststellen dat zo’n “rogue unit” nooit had bestaan. De ambtenaren van SARS (South African Revenue Service) waren slachtoffer van een politiek gemotiveerde lastercampagne.

De hetze richtte zich vooral op Pravin Gordhan, tussen 1999 en 2009 directeur van SARS, en zijn tweede man, Ivan Pillay. Pillay is getrouwd met de Nederlandse onderzoeksjournalist Evelien Groeninki, die eerder onder meer Incorruptible. The story of the murders of Dulcie September, Anton Lubowski and Chris Hani (2018) publiceerde.

In haar nieuwe boek, The unlikely Mr Rogue, gaat Groenink niet alleen in op de intriges die er de laatste jaren bij SARS speelden. Het boek vormt ook een biografie van Pillay, een stille en bescheiden man die het liefst op de achtergrond blijft. Misschien kwam het juist doordat Pillay relatief onbekend was dat er allerlei leugens op hem geprojecteerd konden worden. Met haar boek maakt Groenink een eind aan alle misverstanden.

Operatie Vula

Ivan Pillay (1953) groeide op in de Indiër-gemeenschap in Durban. Hij raakte al jong betrokken bij de strijd tegen de apartheid. In 1971 werd hij voorzitter van de afdeling-Merebank van het Natal Indian Congress, een zusterorganisatie van het ANC. Hij liet zich leiden door de idealen uit het Freedom Charter: gelijkheid en gerechtigheid voor allen, ongeacht ras, huidskleur of gender.

Groenink en Pillay ontmoetten elkaar in 1990. Pillay leefde destijds als uitgewekene in Lusaka (Zambia), maar als coördinator van Operatie Vula kwam hij ook regelmatig naar Amsterdam. Operatie Vula (1986-1990) was een geheime operatie die erop gericht was om ANC’ers die in ballingschap waren gegaan, terug te brengen naar Zuid-Afrika. Conny Braam, de voorzitter van de Nederlandse antiapartheidsbeweging, speelde een belangrijke rol binnen Operatie Vula. Ze wist de hulp van tientallen bekende en onbekende Nederlanders, onder wie grimeurs, pruikenmakers, acteurs en een tandarts, in te schakelen om de comrades die het land in gesmokkeld moesten worden, te vermommen en van een nieuwe identiteit te voorzien. KLM-stewardessen deden koerierswerk en weer andere Nederlanders richtten safehouses in waar voortvluchtige activisten een tijdlang konden onderduiken. Nederlandse computerspecialisten werkten ondertussen aan een beveiligd communicatienetwerk waardoor de top van het ANC in ballingschap informatie kon uitwisselen met Nelson Mandela, die inmiddels vanuit gevangenschap begonnen was met onderhandelingen met de nationale regering. Zelfs haar naaste medewerkers binnen de Nederlandse antiapartheidsbeweging wisten destijds niet hoe intensief Braam bij Operatie Vula betrokken was; wat het project allemaal behelsde, kwam pas aan het licht toen Braam hier in 1992 een boek over publiceerde.

.......

‟In een omgeving waar iedereen het verkeerde doet, wordt ‛rogue’ een geuzennaam.”

.......

Groenink kwam in het kader van Operatie Vula naar Lusaka, als deel van een groep Nederlandse reizigers die een dekmantel zouden vormen voor twee activisten die het land in gesmokkeld moesten worden. Ze raakte gefascineerd door Pillay, een vriendelijke en bedachtzame man, maar zeker geen meeloper. Toen al herkende Groenink in Pillay een eigenschap die de Sunday Times 25 jaar later als “rogue” zou bestempelen: “The rogueness of people who break rules if the rules are wrong, and who will walk away when walking away is the right thing to do.” In een omgeving waar iedereen het verkeerde doet, wordt “rogue” een geuzennaam.

Voortekenen

Tijdens dat eerste bezoek aan Lusaka, gevolgd door een rondreis door Zuid-Afrika, tekenen zich in Groeninks gesprekken met Pillay al zekere constanten af die bepalend zullen blijken voor de ontwikkeling die Zuid-Afrika na 1994 zal doormaken. Ze zullen ook de voedingsbodem gaan vormen voor de vijandigheden tegen Pillay en zijn collega’s van de zogenaamde “rogue unit”.

Ten eerste blijkt telkens weer hoe beschadigd vrijwel alle Zuid-Afrikanen – zwart, bruin, wit én Indiër – uit de apartheidsperiode tevoorschijn komen. Ten tweede wordt duidelijk dat de toplaag van het ANC flinterdun is. Het is ondenkbaar dat het hele land na de omwenteling slechts geregeerd kan worden door een handjevol oude mannen die het grootste deel van hun leven in gevangenschap of in het buitenland hebben doorgebracht. Maar het apartheidsbeleid heeft ervoor gezorgd dat het de jongere generatie ontbreekt aan kennis en ervaring; zij zijn niet voorbereid op de taak het land te leiden. En ten derde begint er in Lusaka al iets door te schemeren van de corruptie onder de toekomstige machthebbers. Daar zal enkele jaren later, als Ivan als boekhouder werkt op het ANC-hoofdkantoor, Luthuli House in Johannesburg, de spilzucht van de nieuwe bestuurders nog bij komen.

Een ander aspect dat Groenink in de vroege jaren negentig ook al oppikt en dat hier speciale aandacht verdient, is de negatieve houding die er in het ANC ook toen al tegen Indiërs bestond. Mensen als Pravin Gordhan en Ivan Pillay werden er door zekere facties binnen het ANC van beschuldigd te heulen met de blanken, alsof ze het transformatieproces wilden tegenhouden. Het idee dat er een “kliek” van Indiërs zou zijn, zou in de decaden erna hardnekkig blijven rondzingen. Een mythe, die telkens weer nieuw leven ingeblazen werd om corruptie te verhullen. Dit anti-Indiër-sentiment zou ook doorklinken in het latere negatieve oordeel over Operatie Vula, met name bij Thabo Mbeki en andere Londense ballingen. In 2020 moet Groenink constateren dat Indiërs en blanken die in de jaren zeventig en tachtig hun leven hadden gewaagd in de Struggle, ná 1994 aan de kant geschoven werden om plaats te maken voor witte misdadigers en een familie van louche Indiase zakenmannen die pas in de jaren negentig naar Zuid-Afrika zijn gekomen.

Tegenpolen

Als luie journalisten bij de zoveelste rechtszaak tegen Pillay en zijn collega’s vragen wat de druk met haar en haar gezin doet, probeert Groenink de aandacht onmiddellijk terug te leiden naar de kwesties waar het wezenlijk om gaat. Corruptie en machtsmisbruik zijn veel belangrijker dan hoe zij zich voelt.

.......

‟Door hun een naam te geven en hun levensverhaal te vertellen, richt Groenink een monument op voor Ivans medestrijders uit het verzet.”

.......

Toch is Groenink wel zo verstandig de lezer in The unlikely Mr Rogue af en toe een kijkje in haar privéleven te gunnen. Deze persoonlijke details maken het boek prettig leesbaar. Haar beschrijving van hun ontluikende liefde (híj formeel en bloedserieus, zíj direct en impulsief) is aandoenlijk. Daarnaast beschikt Groenink over een heerlijk gevoel voor bizarre en relativerende humor.

In het boek passeren talloze bijfiguren de revue. Door hun een naam te geven en hun levensverhaal te vertellen, richt Groenink een monument op voor Ivans medestrijders uit het verzet, die anders in de vergetelheid zouden verdwijnen.

Daarnaast voert ze een hecht netwerk van vriendinnen, familieleden, buurvrouwen en kindermeisjes ten tonele, waardoor ze een warm en veelzijdig beeld van de Zuid-Afrikaanse samenleving oproept. Net als Bram Vermeulen in Help, ik ben blank geworden! (2009) moet Groenink vaststellen dat ze, al haar goede bedoelingen ten spijt, in Zuid-Afrika als vanzelf in een bevoorrechte positie gedrongen wordt. Maar ze neemt graag de rol van witte “madam” op zich als ze anderen daarmee kan helpen.

De belastingdienst als vriend

Het ANC erfde in 1994 een samenleving waar corruptie hoogtij vierde. Onder het nieuwe bewind bleven de banden tussen overheid en georganiseerde misdaad bestaan. Pravin Gordhan, Ivan Pillay en andere Struggle-veteranen realiseerden zich dat ze de belastingdienst als een instrument konden gebruiken om de corruptie een halt toe te roepen. Ze slaagden erin meer geld naar de schatkist te laten vloeien. En dat geld kon vervolgens gebruikt worden voor zaken van algemeen belang, zoals scholen, ziekenhuizen en infrastructuur. Onder hun leiding groeide SARS uit tot een soort Robin Hood, die geld stal van de rijken om het uit te delen aan de armen. Burgers waren meer bereid om belasting te betalen nu ze zagen dat het systeem iedereen gelijk behandelde en het geld goed besteed werd. SARS veranderde van een wat suffe overheidsdienst in een dynamisch instituut dat internationaal waardering oogstte.

Staatskaping

Maar geleidelijk keerde het tij. In 2014 waarschuwde Pillay zijn medewerkers dat er “storm” op komst was en dat “they” het op SARS gemunt hadden. “Remarkably, no one at the meeting asked who ‘they’ are”, schrijft Groenink. “Fraudsters, tobacco smugglers, criminal politicians, ambitious megalomaniacs, common gangsters, disgruntled and corrupt SARS officials, rogue secret agents connected to Zuma’s kitchen cabinet and intelligence network in the SSA, and information peddlers have joined forces and everyone knows it. And many in these categories are linked to the highest office in the land.”

De benoeming van Tom Moyane als nieuwe directeur van SARS in september 2014 stond niet op zichzelf: bij allerlei staatsbedrijven (Eskom, Transnet, Denel) en overheidsdiensten (NPA, SABC) werden vrienden van president Zuma in sleutelposities benoemd. Deze “staatskaping” komt pas ten einde als Zuma in februari 2018 aftreedt en opgevolgd wordt door Cyril Ramaphosa.

Nadat hij zijn werk bij SARS had neergelegd, werd Ivan Pillay nog jaren achtervolgd door rechtszaken. Het juridische getouwtrek rond zijn vervroegde pensioen (een kwestie die door Groenink overtuigend wordt uitgelegd), was vooral bedoeld om Pillays voormalige baas Pravin Gordhan – als minister van Financiën het belangrijkste obstakel voor Zuma en de Gupta’s – onder druk te zetten. Op dit moment probeert alleen Public Protector Busisiwe Mkhwebane (nog een Zuma-aanstelling) Gordhan hiervoor nog te vervolgen. Het Hooggerechtshof in Gauteng heeft echter geoordeeld dat Mkhwebanes rapport hierover “vague, contradictory and/or nonsensical” was.

Nog steeds een hoger doel voor ogen

In The unlikely Mr Rogue geeft Evelien Groenink een doorwrocht, levendig en op gepaste tijden hilarisch beeld van Zuid-Afrika’s recente geschiedenis. Terecht staat ze stil bij de rol van Pillay, Gordhan en andere Indiërs in de strijd tegen de apartheid, een aspect dat elders misschien minder aandacht krijgt.

Treffend is de manier waarop ze verbanden legt tussen verleden, heden en toekomst. Ze eindigt haar boek namelijk in het nu. Cyril Ramaphosa krijgt in eigen land én internationaal veel waardering voor zijn daadkrachtige aanpak van de coronacrisis. Maar wie verder kijkt, ziet volgens Groenink de erfenis van de apartheid en, later, het wanbeleid onder Mbeki en Zuma. De Zuid-Afrikaanse gezondheidszorg is uitgehold: het ontbreekt aan kennis, middelen en infrastructuur. Maar tijdens deze nieuwe crisis zijn het opnieuw de veteranen uit de Strugglejaren die de leiding nemen en organiseren en mobiliseren zoals ze altijd hebben gedaan. Wat er precies moet gebeuren is onzeker, iedereen zoekt zijn weg op de tast. Maar dat was vroeger niet anders. Er is opnieuw een hoger doel om na te streven, en dat voelt volgens Groenink vreemd vertrouwd.

  • Evelyn Groenink, The unlikely Mr Rogue. A life with Ivan Pillay. Auckland Park: Jacana, 2020. 424 p., ISBN 9781431429462, paperback R 320 (ook beschikbaar als e-boek).
Lees ook:

Moord op Dulcie September was nog maar het begin

Incorruptible: Kort gesprek met Evelyn Groenink

Nóg ’n verdoemende hofuitspraak teen openbare beskermer

***

i Voor een Engelstalig publiek gebruikt Evelien Groenink de voornaam “Evelyn”.

Buro: IG
  • 0
Verified by MonsterInsights
Top