Dromenmakers, mijn reis langs eigenwijze basisscholen
Abdelkader Benali
Rotterdam: Lemniscaat
2024
143 blz.
Impressies van bezoeken van Abdelkader Benali en Hans Spekman, directeur van het Jeugdeducatiefonds aan 15 basisscholen, die in veel opzichten divers zijn, maar niet opvallend eigenwijs lijken. Nadrukkelijk positieve aanpak scholen overheersend.
Opmerkelijke passages
- “Ik zal tijdens mijn reis ontdekken dat de school soms ook een broodjeszaak is, een kringloopwinkel, een buurtcafé, een voetbalveld en een opvangplek voor ouders.” (10).
- In vrijwel alle scholen doorgaans veel gevluchte kinderen. Veel verwijzingen naar activiteiten of bijdragen van het Jeugdeducatiefonds.
- Ook wat persoonlijke ervaringen van Benali: “‘Waarom bent u schrijver geworden?’ vraagt een leerling. ‘Vanwege het applaus,’ zeg ik, en de hele klas barst in lachen uit.’” (17)
- kennismaking met schoolmelk (66).
- Enkele kleine slordigheden: “kinderen een school” (12); han-darbeiders (121); alsmaar groeiende werknemers van ASML (121).
- Terugkerende thema’s: het belang van eten op school, de schadelijke effecten van lange vakanties, de waarde van klassenfoto’s (64; 70).
- Over bureaucratische regels: “Ik kreeg hun taxi niet vergoed omdat het azc op 2,9 kilometer van de school is. De vergoeding gaat pas vanaf 3 kilometer lopen.” (16)
- Over het bezoek aan Diergaarde Blijdorp waar een leerling naar de rode ibis wees en zei: “Hoe vaak spuiten ze die vogels rood?” (47)
- Nieuwe werelden: bezoek aan de musical Alladin: “Alleen al de luxe van de bus maakte de kinderen stil. Toen ze hun jassen moesten afgeven bij de garderobe stuitte dat op verzet. Ze waren bang dat ze hun jas niet zouden terugkrijgen.” (47)
- “We weten dat één op twintig kinderen geen eigen bed heeft.” (69)
- “... niet alleen werd Nederlands geleerd, de leerling kwam thuis in het Nederlands.” (83)
- Over een Oekraïense jongen die psychologische hulp nodig heeft. “Scholen willen hem liever niet aannemen omdat ze bang zijn voor onvoldoende leeropbrengsten, waarop ze afgerekend worden door de inspectie.” (88–89)
- Over schoolweging, bepalend voor overheidsfinanciering: vijf factoren: opleidingsniveaus van de ouders, gemiddeld opleidingsniveau van alle moeders op school, het land van herkomst van de ouders, de verblijfsduur van de moeder in Nederland, of de ouders in de schuldsanering zitten (111–112).
Lees ook:
Leesimpressie: Komt een land bij de dokter door Michelle van Tongerloo
