Verzet
Chris Keulemans
245 blz.
Amsterdam: Uitgeverij Jurgen Maas
2024
Betrokken en persoonlijke herinneringen van een activistische intellectueel aan uiteenlopende vormen van verzet en protest. Mooie beelden, soms wat springerig genoteerd. Veel over de opvang van vluchtelingen aan de Poolse grens, maar ook jeugdherinneringen: “De arena met de haantjes van mijn leeftijd bekeek ik meet een zeker dedain. Dat zette kwaad bloed. Ik had zeker een ego, maar waar het zat viel moeilijk op te maken.” (198).
- Amsterdamse ervaringen en over pleinen van verzet in o.a. Tunis, Jakarta, Beiroet, Kyiv en Minsk (82-88).
- Wanneer komen mensen in verzet? “Wanneer kookt het onrecht over“ (16). “Ik wilde opschrijven wat ik van verzet begrijp in een tijd die vraagt om verzet.” (236)
- Sommige delen van het boek zijn meer fictie dan feitelijke reportages. (235-236)
Opmerkelijke citaten en passages
- “Ik ben hier om te schrijven over gezichten en pleinen, over het vuur en de vertwijfeling, over toekomstvisioenen en verzet. Vroeger zat ik overzichtelijk in elkaar. Van grenzen ging ik op rood. Zinloos vond ik ze, uitvindingen van een angstige natuur, die strepen in het zand, de fortificaties. Het ging er bij mij niet in waarom het nodig zou zijn bezit of land, de volksaard, de liefde, identiteiten, economieën en zelfs doodgewone huiskamers af te bakenen voor alles wat daar niet bij hoort. Diep van binnen is dat nog steeds zo. Maar ik ben heel langzaam ook veranderd. (...) Ik begrijp nu beter waarom grenzen bestaan en ben er des feller op tegen.” (16)
- Sprekende fragmenten over Czeslaw Milosz, die in 1980 de Nobelprijs voor Literatuur kreeg (11-14). “Hij verschanste zich niet in het heimwee van de balling.” (14). Omwenteling 1939 (168).
- “Solidariteit is het eigenbelang dat honderdduizend mensen met elkaar delen.” (34)
- Over Svetlana Alexijevitsj (77-78; 86-87).
- Activist in Oekraïne: Hannah Arendt is zijn idool en nemesis tegelijk (112-113); over het discours van de revolutionair (112).
- Marek “spreekt het Engels van jaren op de grote vaart: meer woorden voor scheepsonderdelen dan voor gevoelens.” (124)
- “De grens tussen Polen en Belarus is bijna 400 kilometer lang. Sinds de noodwet heeft de regering 20.000 extra soldaten gemobiliseerd om hem te bewaken. Dat betekent elke twintig meter een soldaat. De grenswachten en politieagenten die er al waren niet meegerekend.” (189)
- “Om te leren hoe politici denken let ik vooral op als ze praten over dingen die ze niet belangrijk vinden, zoals kunst. (...) Zelf geloof ik dat kunst een mens maakt. Iemand is waar ze op danst, bij wegdroomt, in verzonken raakt. Het gewicht dat een samenleving toekent aan kunst correspondeert dus met het gewicht van een mensenleven. Wat ik de machthebber hoor zeggen over kunst verraadt hoeveel waarde hij aan mensen hecht.” (210-211)
Lees ook:
Leesimpressie: De werelden van Hannah Arendt door Joop Berding
Leesimpressie: De vluchteling, de grenswacht en de rijke Jood door Arnon Grunberg
Leesimpressie: De vluchtelingenrepubliek door David de Boer & Geert Janssen